30 december 2017 - Joep Meddens

Fotolijstje

Eindejaarstijd is lijstjestijd bij Höcker. En wat gaat er nu beter in een lijst dan foto’s? De 5 interessantste fotozaken van afgelopen jaar in een overzichtelijk…

1. Daarvoor is meer nodig!

Op 6 april mocht de rechtbank Noord-Holland de zoveelste inbreuk-zaak over foto’s online beoordelen. Normaal gesproken gaan die zaken alleen over de hoogte van de gevraagde vergoeding, die door gedaagden vrijwel altijd als exorbitant wordt ervaren. In deze zaak over een foto van een temperatuurmeter ging het eens anders, een waarschuwing voor iedere IE-advocaat, een foto is niet zomaar beschermd als werk. Daarvoor is meer nodig…

 

“De foto betreft een natuurgetrouwe zo duidelijk en correct mogelijke close-up van een temperatuurmeter in een auto. Dat daarbij variaties mogelijk zijn in de belichting, afstand en hoek, zoals door [eisers] ter zitting naar voren is gebracht, is naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende om te kunnen spreken van een oorspronkelijk werk. Daarvoor is meer nodig. Bij vrijwel iedere foto zal iemand, voor zover dat niet door de camera automatisch wordt gedaan, de belichting, afstand en hoek moeten instellen, maar daarmee draagt de foto nog niet het persoonlijk stempel van de fotograaf. Dat is pas het geval als de keuzes die worden gemaakt in een foto resulteren, die zich zodanig van andere foto’s onderscheidt, dat daaraan is af te zien dat de fotograaf persoonlijke keuzes heeft gemaakt. Desgevraagd hebben [eisers] ter zitting niet concreet gesteld en/of onderbouwd in welke aspecten – die op een persoonlijk stempel van de maker zouden kunnen duiden – de onderhavige foto zich onderscheidt van andere door andere fotografen gemaakte foto’s van een dashboard of meer specifiek een temperatuurmeter in een auto.

 

http://www.ie-forum.nl/artikelen/geen-auteursrecht-op-natuurgetrouwe-zo-duidelijk-en-correct-mogelijke-close-upfoto-van-een-autotempe

2. Een pondje minder

Op 12 december wees het Hof den Bosch arrest in een zaak over een serie foto’s van aardappels. Die waren zonder toestemming voor meer doeleinden gebruikt dan ooit was afgesproken. De fotografe wilde daar een extra vergoeding voor zien en begrootte die op een bescheiden 1,7 miljoen euro, met verwijzing naar volgens haar gangbare richtprijzen. Het Hof maakt puree van deze redenering (en wijst uiteindelijk zo’n zesduizend euro toe):

 

3.11.6 [appellante] beroept zich op de ‘Richtprijzen Nederlandse Vakfotografie’ ter onderbouwing van haar vorderingen. Het hof benadrukt dat deze prijzen en toepasselijkheid van de algemene voorwaarden (waarin naar die richtprijzen wordt verwezen) niet zijn overeengekomen. Toepassing van deze richtprijzen, die (voor 2009) uitgaan van een bedrag van € 6.038,00 per foto per jaar, zoals door [appellante] bepleit, leidt tot een bedrag van ruim € 1.7 miljoen (€ 6.038,00 x 21 x 6) als vergoeding voor het maken en aanleveren van de foto’s voor de website, brochures en visitekaartjes. Dat is naar het oordeel van het hof buiten elke proportie in het licht van de overeengekomen werkzaamheden. Ter illustratie merkt het hof op dat dit bedrag meer dan het honderdvoudige is van het bedrag dat [appellante] zelf in de door haar overgelegde offerte voor deze werkzaamheden heeft genoemd.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2017:5560

3. Dat zou ik toch nooit hebben betaald!

In fotozaken gaat het vaak over de prijs. Gevoelsmatig is voor inbreukmakers de gevraagde vergoeding vaak veel te hoog. “Als ik dat geweten had, had ik die foto natuurlijk nooit geplaatst op mijn website!”. En dat is meestal nog waar ook. Maar ja, zegt de rechthebbende dan, “Moet ik dan genoegen nemen met een mindere vergoeding omdat jij nota bene niet hebt opgelet en inbreuk hebt gemaakt op mijn rechten? Als je het niet wilt betalen moet je beter opletten!”. Zolang de rechthebbende geen aardappelachtige vergoedingen vraagt (zie vorig punt) volgt de rechter meestal de rechthebbende. Maar het Hof Arnhem, versterkt met een hooggeleerde auteursrechtprofessor als raadsheer, bracht daar eerder dit jaar verandering in. Alleen de daadwerkelijk geleden schade telt (zie r.o. 5.16 en verder):

 

“Naar het oordeel van het hof is voldoende komen vast te staan dat deze (kleine) partij […] de gestelde tarieven […] per woord nimmer zou hebben betaald […] en zij – geconfronteerd met de licentievergoeding – de artikelen niet zou hebben opgenomen in haar systeem, dan wel zou hebben volstaan met hyperlinks naar de websites van de dagbladen.

http://www.ie-forum.nl/artikelen/voorstel-maatstaf-gemiste-advertentie-inkomsten-levert-matiging-ophttp://www.krantenleed.nl/2017/auteursrechtenzaak-hoger-beroep-gewonnen/

4. Doe niet zo ingewikkeld en bewerkelijk

Uit de voorbeelden hiervoor zou je kunnen afleiden dat foto-auteursrecht best ingewikkeld is. Hoe het met de schade precies uitpakt kan immers van geval tot geval verschillen en zelfs van iets basaals als de beschermenswaardigheid van een foto kun je niet zonder meer uitgaan. De Nederlandse rechtbanken denken er anders over en wijzigden in 2017 de indicatietarieven in IE-zaken. Speciaal voor de eenvoudige foto-inbreuk zaken online werd een nieuw laagste tarief ingevoerd. Het komt er in veel kleinere gevallen op neer dat de proceskostenvergoeding nog slechts enkele tientjes zal bedragen (disclaimer: wordt het toch als ‘niet eenvoudig’ of zelfs ‘ingewikkeld’ beoordeeld, dan schiet dat omhoog naar duizenden euro’s). Wat ‘zeer eenvoudig’ en ‘niet bewerkelijk’ betekent?

 

Daarentegen ligt het wel voor de hand om een niet bewerkelijke procedure waarin sprake is van een kleine inbreuk (bijvoorbeeld een foto op de website van een particulier die op eerste verzoek wordt verwijderd) als ‘zeer eenvoudig’ aan te merken.

 

De indicatietarieven zijn hier te vinden: https://www.rechtspraak.nl/SiteCollectionDocuments/indicatietarieven-in-ie-zaken-rechtbanken-04-2017.pdf

5. Aap schikt zaak

In september 2017 kwam eindelijk de langslepende zaak van de selfie-aap tot een einde. Helaas niet met een al dan niet baanbrekende uitspraak, maar met een schikking. Voor wie het vergeten is: fotograaf David Slater liet een aap een foto van zichzelf maken met zijn camera. Toen de foto populair werd wilde Slater graag de inkomsten op de foto hebben. Maar is Slater wel de maker? De aap had tenslotte afgedrukt… De zaak leidde behalve tot het nodige vermaak ook tot een reeks geschillen. De laatste daarvan ging tussen dierenrechtenorganisatie PETA en Slater. PETA wilde dat de opbrengsten op de foto naar de aap zouden gaan (waarvoor en passant nodig was dat de aap als rechthebbende zou kunnen worden erkend, principieel onder meer interessant in discussies over de rol van andere niet-menselijke potentiële rechtenbezitters zoals computers). In 2017 werd de zaak dus geschikt. De aap wist er uiteindelijk 25% van de inkomsten uit te slepen. Er zijn makers die een minder royalty-percentage opstrijken…

https://nos.nl/artikel/2192540-deal-tussen-peta-en-maker-apenselfie.html

Volgend jaar...

Zijn we in elk geval benieuwd naar wat het Hof van Justitie gaat doen in wat in potentie de fotozaak van het jaar gaat worden. Als een foto al vrij toegankelijk op een website staat, mag die dan zo maar worden overgenomen op een andere website omdat het hele internettende publiek toch al kennis had kunnen nemen van die foto?

Zie: http://curia.europa.eu/juris/document/document.jsf?text=&docid=192762&pageIndex=0&doclang=en&mode=req&dir=&occ=first&part=1&cid=141386

 

Je zou denken van niet, maar het enkele feit dat de vragen zijn voorgelegd zegt al iets over de inmiddels notoire onvoorspelbaarheid van het Hof van Justitie (al zetten ze ook wel eens een foutje recht, zoals collega Marijn Kingma recent constateerde: https://www.hocker.nl/hof-justitie-lijkt-fout-akmzurs-net-herstellen/).