Uitspraak van de week: "De werkelijke reden van afwezigheid"
De werkelijke reden van afwezigheid van mijn bijdragen de afgelopen twee weken was de geboorte van onze zoon, Oscar. Daar twijfelt vermoedelijk niemand aan. Anders lag dit bij een technisch commercieel medewerker van een niet nader gespecificeerde onderneming. Hij meldde op 24 januari 2022 positief getest te zijn op covid. De werkgever voelt kennelijk nattigheid en gaat enkele keren langs zijn huis. Er wordt niet open gedaan en er brandt geen licht. De klomp van de werkgever breekt pas echt op het moment dat op een social media – account van de dochter van werknemer een filmpje wordt gepost waaruit blijkt dat de werknemer lekker aan het skiën is met zijn dochter op 23 en 24 januari. Op 31 januari meldt werknemer zich weer, na een (vermeende) negatieve zelftest. Tot zijn eigen verbazing wordt werknemer op die dag op staande voet ontslagen door werkgever, vanwege het feit dat hij op de lange latten stond in Frankrijk terwijl hij zich ziek gemeld had bij zijn werkgever.
Het zal de vaste lezer van deze rubriek niet verbazen dat het ontslag op staande voet in stand gehouden wordt door de kantonrechter te Midden-Nederland. De geloofwaardigheid van de werknemer was voor de rechter volledig verdwenen toen zijn verweer dat de vakantiefilmpjes uit december 2021 kwamen gelogen bleek te zijn. Op basis van bonnetjes en een verklaring van een collega bleek dat de werknemer in die periode gewoon aan het werk was. De dringende reden staat vast en het ontslag op staande voet wordt in stand gelaten.
Vanaf heden weer iedere week een uitspraak van de week, mocht ik onverhoopt een week overslaan weten jullie de reden.
De volledige uitspraak lees je hier.